
1, 2. Twee reliekhouders
Goud, hout, goud, metaaldraad, glas- en parelkraaltjes; Nederland; 1700-1750; met dank aan Stedelijk Museum Breda
In beide barokke reliekhouders bevinden zich schedelrelieken van de elfduizend maagden die de heilige Ursula vergezelden op haar pelgrimstocht naar Rome. Het fijne handwerk op de schedels en de ruimte eromheen is gemaakt door nonnen die daarin gespecialiseerd waren. Boven en onder de schedelrelieken zijn twee medaillons uitgespaard; in de eerste houder worden relieken bewaard van Laurentius van Rome en Theresia van Avila. In de tweede houder is het bovenste reliek onbekend. Onderin is een stukje van de kribbe van Jezus in Bethlehem.
3. Reliekmonstrans
Verguld koper; België; ca. 1880; met dank aan Stedelijk Museum Breda
De vorm en decoratie van deze reliekhouder lijkt op een 19de-eeuws kerkje in neogotische stijl. Achter het glas zijn armbeenderen te zien van de heiligen Vincentius a Paulo en Fidelis van Sigmaringen. Beiden leefden rond 1600. Vincentius was bekend om zijn daden van naastenliefde. Fidelis was een priester die in 1622 in Zwitserland werd vermoord.
4. Reliekmonstrans
Goud, zilver, email; Duitsland; 1300-1349; met dank aan Museum Catharijneconvent
Deze kostbare tandenhouder behoorde tot de kerkschat van de Lebuinuskerk in Deventer. In ieder geval tot 1566 werden in deze reliekhouder tanden van een heilige bewaard. Ze waren goed zichtbaar voor de gelovigen.
5. Torenreliekhouder
Verguld koper; waarschijnlijk België; 1800-1900; met dank aan Stedelijk Museum Breda
Deze torenreliekhouder heeft nog zijn oorspronkelijke reliek. En het is niet de minste heilige van wie hier het bot te zien is. Op het papiertje staat dat het van Johannes de Doper is. Hij doopte Jezus in de rivier de Jordaan. Op het puntvormige dak staat een sierlijk kruis dat verwijst naar de kruisiging van Jezus.
6. Monstrans
Goud, koper; Nederland; 1500-1599; met dank aan Museum Catharijneconvent
In deze rooms-katholieke monstrans (houder) wordt de hostie getoond. Hosties zijn schijfjes ongedesemd brood die in de mis worden gebruikt. Tijdens de mis wordt de kruisdood van Jezus herdacht met een offermaaltijd van brood (hosties) en wijn. Het brood verandert, naar men gelooft, in het lichaam van Christus. De hostie is heilig. Daarom zijn monstransen rijkelijk versierd, vaak met goud. In de stam zijn hoofden van engeltjes te zien.
7. Kelk
Goud, zilver; Nederland; ca. 1500; met dank aan Museum Catharijneconvent
Tijdens de rooms-katholieke mis stond deze kelk op het altaar in de kerk. In de kelk zat de wijn, voorstellend het bloed van Christus, die de priester aanbood aan God. Tijdens de mis wordt de kruisdood van Jezus herdacht met een offermaaltijd van brood (hosties) en wijn. Het Latijnse opschrift op deze kelk luidt in vertaling: ‘Wees gegroet Maria, vol van genade, de Heer is met U.’ In de late middeleeuwen was de verering van Maria populair.
8. Kaars
Glas, verf; kaarsvet; Mexico; 1980; aankoop J.J. Leyenaar; RV-5069-272
Kaarslicht symboliseert het goddelijke licht en is daarom te vinden in kerken en tempels en op graven.
Dit glas is beschilderd met een afbeelding van Santa Muerte, een Mexicaanse katholieke heilige. Ze wordt erkend als de patroonheilige van gemarginaliseerde mensen, zoals criminelen, sekswerkers en leden van de LGBTQ+ gemeenschap.
9. Reliekhouder
Verguld hout, ijzer; Japan; 1800-1829; aankoop van P. F. B. von Siebold; RV-1-3575
Eén van de kenmerken van de Boeddha was dat hij bij geboorte een goudkleurige huid had. Goud staat symbool voor verlichting en zuiverheid, ook in het Japanse boeddhisme. Boeddhistische reliekhouders zijn daarom vaak in goud uitgevoerd.
10. Handgeschreven Koran
Bladgoud, papier, leer, katoen, textiel, inkt, verf; Aceh, Indonesië; voor 1872; schenking J.J. Korndöffer; WM-7496
Deze Koran is rijkelijk geïllustreerd met bladgoud. Kalligrafie heeft als kunstvorm de hoogste status in de islamitische wereld. Zo doet men recht aan het woord van God in de Koran. Dit manuscript komt uit India en de kaft uit Indonesië.
11. Gedicht van de Mantel
Goudverf, papier, gouache; Libanon; 1865; aankoop F. de Jong; 7031-22; met dank aan het Mondriaan Fonds
Dit manuscript is verdeeld in drie zones: bovenaan de bismillah, de spreuk die moslims zeggen voor ze een goede daad doen, in het centrale vak staan de 201 namen van de profeet Mohammed, en in het onderste gedeelte staan regels uit het Gedicht van de Mantel, een lofdicht over de profeet Mohammed door de 13de-eeuwse soefidichter al-Busiri. De 201 erenamen van de profeet Mohammed zijn grotendeels afkomstig uit de Koran. Ze benadrukken de uiteenlopende kwaliteiten van de profeet. De verzen zouden bovennatuurlijke krachten hebben en worden gebruikt als amulet.
12. Koran
Papier, goud, zijdebrokaat; Iran; 16de eeuw; WM-64826
Deze 16de-eeuwse Koran is geschreven in het zogenaamde rihani (letterlijk welriekend.) Deze schriftstijl werd in de tweede helft van de 13de eeuw geïntroduceerd voor het vervaardigen van Korans. Het is een verkleinde vorm van het muhaqqaqschrift en werd tot in de 20ste eeuw in Iran gebruikt voor het overschrijven van Korans. De marges rond de tekst zijn versierd met rode, blauwe en gouden bloemmotieven, vergelijkbaar met middeleeuwse christelijke getijdenboeken.